Verlof: met kleine stapjes

Wanneer wordt verlof toegestaan? En hoe wordt dat dan opgebouwd? Je leest er hier alles over.

Een vooroordeel dat Alex, GGZ agoog bij DWP, weleens hoort is dat cliënten “zomaar” met verlof mogen. “Cliënten die buiten lopen, lopen daar omdat ze dat kunnen. Mensen lopen niet zomaar onbegeleid rond.” Er gaat heel veel aan vooraf voordat iemand met verlof kan. En het wordt met kleine stapjes opgebouwd.

“De mensen hier worden heel de dag door ons bekeken. We kennen ze goed. Er gaat maar weinig aan ons voorbij. En tuurlijk kun je niet álles ondervangen, maar we brengen risico’s en triggers goed in beeld. Daar wordt niet lichtzinnig mee omgegaan. 100% risicovrij kan niet, maar het komt wel heel dicht in de buurt.”

Wanneer wordt verlof toegestaan? En hoe wordt dat dan opgebouwd? Je leest er alles over in onderstaand artikel.

Met verlof: hoe zit het?

Mensen die in aanraking komen met politie en justitie, kunnen een psychiatrische of psychische stoornis hebben. Voor de veiligheid van de samenleving is het van belang dat zij een behandeling krijgen. Deze mensen kunnen terecht bij De Woenselse Poort. Wij bieden namelijk forensische zorg. Dit is geestelijke gezondheidszorg, verslavingszorg en verstandelijk gehandicaptenzorg die onderdeel zijn van een straf of maatregel.

Forensische zorg kan door de strafrechter worden opgelegd aan iemand die een strafbaar feit heeft gepleegd en een stoornis of verstandelijke beperking heeft. Ook kan tijdens een gevangenisstraf worden toegewerkt naar psychiatrische zorg als dat nodig blijkt.

Een kliniek is anders dan een gevangenis. Er wordt hier een behandelplan opgesteld en de cliënten volgen therapie. De behandeling in de kliniek moet ervoor zorgen dat de cliënt op veilige wijze kan terugkeren in de samenleving.

Het doel van verblijf binnen DWP is het beveiligen van de maatschappij. Op korte termijn betekent dit dat een cliënt niet buiten de kliniek kan komen zonder daar toestemming voor te hebben. De veiligheid op lange termijn wordt vergroot door de behandeling te richten op het aanzienlijk verkleinen van de kans dat de cliënt opnieuw een delict pleegt.

Behandeling

Wanneer een cliënt eenmaal is opgenomen binnen DWP volgt elke cliënt een zorgprogramma. Daarin staat welke behandelactiviteiten worden ingezet. Dit verschilt per cliënt en ziektebeeld. Er wordt gekeken naar trainingen, individuele therapie en groepstherapieën die nodig zijn om de risicofactoren te verminderen. Oftewel: om ervoor te zorgen dat de cliënt niet opnieuw een delict pleegt. Dit maakt mogelijk dat cliënten veilig en verantwoordt terug kunnen keren naar de maatschappij.

Voorbeelden van therapieën en trainingen zijn vaktherapie (muziektherapie, beeldende therapie, dramatherapie of bewegingstherapie), psychotherapie, seksuologische therapie en vaardigheidstrainingen. Het netwerk van cliënten (vrienden, familie) is vaak erg belangrijk. Voor ondersteuning bij het onderhouden of aanhalen van contacten, zorgen de systeemtherapeut en de maatschappelijk werkers.

Terug naar de maatschappij

Terugkeer naar de maatschappij gaat in stappen. Wanneer de psychische gezondheid het toelaat, kan een cliënt met verlof. Verlof is een erg belangrijk onderdeel van het behandelproces, want tijdens het verlof kan een cliënt echt zijn nieuw geleerde vaardigheden oefenen in de praktijk. De behandelaren bepalen of iemand met verlof kan en in welke vorm.

Er zijn vijf vormen van verlof. Het begint meestal met verlof onder begeleiding en werkt toe naar zelfstandig verlof. Dit start met een paar uur en kan uitgroeien naar meerdere dagen. Cliënten met tbs die verlof willen, hebben toestemming nodig van het Ministerie van Justitie & Veiligheid. Voor cliënten met andere juridische titels verloopt dit volledig via de kliniek zelf.

Voordat de cliënt met verlof kan, worden er afspraken met hem gemaakt. Een afspraak is bijvoorbeeld:

  • waar de cliënt tijdens verlof naartoe gaat
  • hoe laat hij weer naar de kliniek terugkomt.

Ook wordt er gekeken naar de wijze waarop de cliënt zich opstelt in de kliniek. Denk bijvoorbeeld aan het volgen van zijn dagprogramma en de manier waarop de cliënt communiceert met zijn begeleiders.

Evaluatie

Hoe het verlof is verlopen evalueert de cliënt altijd met zijn persoonlijk begeleider en behandelaar. Als de cliënt zich aan de gemaakte afspraken heeft gehouden, dan is het verlof goed gegaan. Als het verlof langer goed gaat, dan kan het zo zijn dat de cliënt langer of vaker op verlof kan. 

Soms wordt het verlof aangepast. Dit komt dan meestal omdat de cliënt er nog niet klaar voor is om zich buiten de kliniek te begeven. Het verlof kan dan worden ingetrokken door de behandelaar van de cliënt. De behandelaar kan verlof altijd intrekken als dat nodig is; ook nog vóór de cliënt gebruik maakt van zijn verlof, bijvoorbeeld als zijn psychische toestand verslechtert. Als deze omstandigheden weer verdwijnen, dan zal de behandelaar zo snel mogelijk weer met de cliënt bespreken of het verlof weer opgestart kan worden. 

Het toekennen of aanpassen van verlof is maatwerk en wordt niet “zomaar” gegeven.

Een andere update lezen?